-
1 naar het nieuws luisteren
naar het nieuws luisteren -
2 naar het nieuws luisteren/kijken
naar het nieuws luisteren/kijkenlisten to/watch the newsVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > naar het nieuws luisteren/kijken
-
3 nieuws
♦voorbeelden:1 buitenlands/binnenlands nieuws • foreign/domestic newsgemengd nieuws • (various) news itemsik heb goed nieuws • I have (some) good newsnaar het nieuws luisteren/kijken • listen to/watch the newsin het nieuws zijn • be in the newshet nieuws van acht uur • the eight o'clock newsis er nog nieuws? • any news?, what's new? -
4 nieuws
♦voorbeelden:ik heb goed nieuws • j'ai une bonne nouvellehet laatste nieuws • les dernières nouvellesdat is oud nieuws • ce n'est pas nouveauin het nieuws zijn • tenir la vedettenaar het nieuws luisteren • écouter les nouvelles -
5 information
information [ẽformaasjõ]〈v.〉1 informatie ⇒ inlichting, bericht2 voorlichting ⇒ (het) informeren, (het) geven van informatie3 〈 meervoud〉(radio-, televisie)nieuws♦voorbeelden:à titre d'information • ter informatie, ter kennisnemingaller aux informations • inlichtingen inwinnenpour votre information • te uwer informatieécouter les informations • naar het nieuws luisteren1. f1) informatie2. informationsf pl1) nieuws2) data -
6 écouter les informations
écouter les informationsDictionnaire français-néerlandais > écouter les informations
-
7 horen
1 [met het gehoor waarnemen] hear♦voorbeelden:het is wel te horen dat je verkouden bent • you can hear that you've got a coldnu kun je het me vertellen, hij kan ons niet meer horen • you can tell me now, he is out of earshotzo mag ik het horen • that's what I like to hearzijn naam horen noemen • hear one's name mentionedik heb het alleen van horen zeggen • I only have it on hearsayik hoor het hem nog zeggen • I can still hear him saying itwij hoorden zingen/schreeuwen 〈enz.〉 • we heard singing/shouting 〈enz.〉zichzelf graag horen praten • like to hear oneself talkhij deed alsof hij het niet hoorde • he pretended not to hear (it)ik hoor je wel! • 〈 met betrekking tot schreeuwen〉 you don't need to shout!; 〈 met betrekking tot herhaling〉 I heard you the first timeik kon aan zijn stem horen dat hij zenuwachtig was • I could tell by his voice that he was nervousze kromp ineen bij het horen van zijn stem • she winced at the sound of his voice1 [geluiden kunnen waarnemen] hear2 [zijn plaats hebben] belong3 [gepast zijn] 〈zie voorbeelden 3〉4 [toebehoren] belong (to)♦voorbeelden:hij hoort slecht • he is hard of hearing〈 spreekwoord〉 wie niet horen wil, moet voelen • he who will not listen to advice must suffer for itwij horen hier niet • we don't belong herede kopjes horen hier • the cups go herebij elkaar horen • belong togetherhij hoort niet bij/tot de vlugsten • he's not one of the fastest3 dat hoor je te weten • you should/ought to know thatvoor wat hoort wat • you scratch my back and I'll scratch yoursze weet niet hoe het hoort • she doesn't know how to behaveje hoort niet te fluisteren in gezelschap • you shouldn't whisper in companydat hoort niet • it's not donedat hoort zo • that's how it should been zo hoort het ook • and that's how it should be tooze weten niet beter of het hoort zo • they don't know any betterdat is niet zoals het hoort • that's not good manners2 [in aanmerking nemen] listen (to)♦voorbeelden:laat eens iets van je horen • keep in touchlaat zijn vrouw het maar niet horen • don't let his wife (get to) know (about it)hij heeft niets van zich laten horen • he hasn't been in touchdat moet je dan nog jaren horen • you'll never hear the last/end of itik moet altijd horen dat ik vergeetachtig ben • I'm constantly being told that I'm forgetfulzij wil geen kwaad van hem horen • she won't hear a word said against himzij wil geen nee horen • she won't take no for an answerhij vertelde het aan iedereen die het maar horen wilde • he told it to anyone who would listenik wist niet wat ik hoorde • I could hardly believe my earstoevallig horen • overhearbij het horen van het nieuws • on hearing the newshij wilde er niets meer over horen • he didn't want to hear any more about itdaar heb ik nooit van gehoord • I've never heard of itdaarna hebben we niets meer van hem gehoord • that was the last we heard from himu hoort nog van ons • 〈 neutraal〉 you'll be hearing from us; 〈 als bedreiging〉 you've not heard the last of thisdaar hoor je nog meer van • you've not heard the last of thisik hoor niets dan goeds van hem • I've heard nothing but good of himnou hoor je het ook eens van een ander • so I'm not the only one who says sodat hoor ik voor het eerst • that's the first I've heard of itzo te horen gaat het goed met hem • it sounds like he's doing wellik hoor het nog wel • let me know (about it)moet je horen wie het zegt! • 〈 ironisch〉 look who's talking!moet je hem horen!, hoor hem! • (just) listen to him!als je hem hoort zou je denken dat • (from) the way he talks you'd think thathoor eens • listen, (I) say -
8 keeping up-to-date
van het laatste nieuws op de hoogte zijn (op de hoogte zijn van veranderingen, luisteren naar nieuws, aandacht hebben voor veranderingen)
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Французский